donderdag 27 oktober 2011

ICT-idee 8: Een stripverhaal & wordcloud maken

De herfstvakantie zit er weer op en de module Vakdidactiek: ICT bij het Nederlands vindt weer verdere voortgang. Deze week heb ik onderzocht welke mogelijkheden het maken van stripverhalen en het maken van een wordcloud kunnen hebben in het onderwijs. Hieronder mijn bevindingen.



Het maken van stripverhalen
Het maken en lezen van stripverhalen heeft mijns inziens zeker meerwaarde in het onderwijs. Daartoe is een stripverhaal allereerst een zeer aantrekkelijk medium voor kinderen. Via de fantasie kunnen strips kinderen namelijk laten ontsnappen aan de realiteit ('escapisme') en dat past helemaal in de belevingswereld van het kind.
Daarnaast kunnen strips droge en abstracte leerstof op een leuke manier toegankelijk maken. Zie bijvoorbeeld de door mij zelf gecontrueerde strip over één van de bevolkingssgroepen van de jaren '60 van de vorige eeuw hierboven. De woorden én de plaatjes in deze strip dragen de boodschap samen over. Zo komt de docent niet alleen tegemoet aan leerlingen die graag luisteren of lezen, maar ook aan leerlingen die graag waarnemen.
Ook moeilijk bespreekbare, vaak maatschappelijke, thema's als racisme kunnen makkelijker bespreekbaar worden gemaakt met strips.
Ten derde worden strips door hun aantrekkelijke vorm door leerlingen als motiverend ervaren. Hierdoor wordt de individuele participatie aan de les verbeterd. In dit verband zouden strips goed als 'advanced organizer', als prikkelende aanzet tot nieuwe leerstof, kunnen dienen.
Er zijn nog veel meer redenen te noemen om strips in te zetten in het onderwijs. In het volgende artikel wordt de meerwaarde van strips in het onderwijs theoretisch onderbouwd: http://www.stichtingbeeldverhaal.nl/120/kuifje-schoolbanken-een-verkenning.htm. Interessant om eens te lezen!

De strip die ik zelf heb gemaakt, heb ik gemaakt met het programma Pixton (www.pixton.com/nl/). Dit programma is goed hanteerbaar voor kinderen. Per 'vierkant' kunnen kinderen namelijk snel en gemakkelijk een achtergrond, een personage, enzovoorts kiezen. Een nadeel van het programma is dat het zeer beperkt is: niet voor elk onderwerp zijn er geschikte plaatjes. Dat maakt ook de mate waarin je een via Pixton gemaakte strip als bijvoorbeeld advanced organizer kunt inzetten in het onderwijs beperkt. Wanneer je de leerlingen graag zelf stripverhalen wilt laten maken, kun je dit mijns inziens beter met de hand laten doen. Dan is de beeldcreatie namelijk wel onuitputtelijk!



Het maken van een wordcloud
Een wordcloud is een collage van woorden die op een kunstzinnige manier met elkaar zijn verweven (zie het door mijzelf gemaakte voorbeeld hierboven).

In het onderwijs zijn wordclouds mijns inziens op diverse manieren in te zetten. Bijvoorbeeld:
- Ter structurering van bij elkaar passende woorden
- Als samenvatting van de belangrijkste leerstof
- Als titelblad voor een werkstuk
- Als manier om leerlingen aan elkaar voor te stellen. In dat geval maken de
  leerlingen een wordcloud over zichzelf.
- Als manier om leerlingen feedback op elkaar(s werk) te laten geven. Op die
  manier kunnen leerlingen in één overzicht feedback krijgen van verschillende
  personen.

De wordcloud die ik heb gemaakt, heb ik gemaakt via http://www.wordle.net/. Dit programma heeft een kind zo onder de knie: alles wijst voor zich! Ik heb nog wel wat tips:
1. Als een woord vaker wordt ingevoerd, komt het groter in de wordcloud
2. Om zinnen in te voeren moet je tussen de woorden van de zin een tilde
  (= ~) invoeren.

Met het beschrijven van mijn bevindingen omtrent het maken van een stripverhaal en een wordcloud eindigt mijn onderzoek naar sociale media, dat ik in het kader van het eerste deel van de cursus Vakdidactiek: ICT bij het Nederlands heb gedaan! Ik vond het leuk om jullie al die weken op de hoogte te houden van mijn bevindingen! In het tweede deel van de cursus ga ik een lessenserie ontwikkelen waarin enkele van de suggesties zullen terugkomen. Wanneer ik de lessenserie af heb zal ik hem aan jullie tentoonstellen!

Liefs, Lilian. 

maandag 10 oktober 2011

ICT-idee 7: Een formulier maken met Google Docs

Hallo allemaal!

Deze week hebben we bij de cursus Vakdidactiek: ICT bij het Nederlands geleerd hoe we een formulier kunnen maken met Google Docs. In dit formulier kun je allerlei soorten vragen stellen: van meerkeuzevragen tot kleine en grote tekstvragen. Heel handig als je snel doch nauwkeurig informatie over je leerlingen wilt inwinnen of om een (proef)toets af te nemen. Hieronder een voorbeeld van een formulier dat ik zelf heb gemaakt met Google Docs.
Wanneer de leerlingen dit formulier invullen en op 'insturen' klikken komen de antwoorden horizontaal op een overzichtelijke spreadsheet in Google Docs te staan. De antwoorden van een volgende leerling komen daaronder, enzovoorts. Hierdoor krijgt de docent een goed overzicht van de verschillende antwoorden van zijn of haar leerlingen. Dit maakt het voor de docent mogelijk om snel inzicht te krijgen in de verschillende antwoorden en om deze vergelijken.


donderdag 6 oktober 2011

ICT-idee 6: Van alles en nog wat!

Deze week heb ik vijf suggesties onderzocht op hun toepasbaarheid in het voortgezet onderwijs. Hieronder kunnen jullie lezen over mijn bevindingen.

1. Pluizuit.be
Op deze website staan recensies van kinder- en jeugdboeken. Deze website heb ik zelf ook gebruikt bij het maken van recensies van jeugdboeken voor de cursus Jeugdliteratuur. Ik vind deze website heel bruikbaar voor leerlingen. De recensies geven namelijk goede indrukken van de verschillende boeken en doordat de recensies niet al te lang zijn, zijn de leerlingen sneller gemotiveerd om ze (nauwkeurig) te lezen. Daarnaast is de informatie die de recensies geven, gestoeld op criteria die kinderen / jongeren – al dan niet bewust – hanteren bij het selecteren en beoordelen van boeken. Zo geven de juryleden van de Nederlandse Kinderjury in hun rapporten aan dat zij het belangrijk vinden dat zij zich goed kunnen inleven in de hoofdpersoon. In de recensies op pluizuit.be wordt dit steeds goed aangegeven.
Als docent is het niet mogelijk om van alle kinder- en jeugdliteratuur op de hoogte te zijn waardoor je, je leerlingen niet altijd een goed advies kan geven. In dat geval biedt pluizuit.be zeker uitkomst. Absoluut een instrument om aan te bevelen aan leerlingen!


2. Juf Melis
Van de website van juf Melis heb ik al meerdere keren gebruik gemaakt in mijn eigen onderwijs. De website biedt digitale oefeningen op het gebied van (werkwoord)spelling, woordenschat, woordsoorten en zinsontleding. Ik heb zeer positieve ervaringen met deze oefeningen. Ze kunnen prima dienen als herhalend of juist verrijkend lesmateriaal of als zelfstudiemateriaal. Doordat de oefeningen snel te maken en na te kijken zijn, zijn de leerlingen bovendien al snel gemotiveerd voor het maken van de oefeningen.

3. Webkwestie Jongerentaal
Vooral in het onderwijs in grote steden neemt Nederlands een belangrijke plaats in. Voor Leraren-in-opleiding in dit werkgebied is Nederlands zelfs de 8e ontwikkelingscompetentie geworden. Om beschaafd Nederlands te leren spreken zullen leerlingen voorbeelden van het tegengestelde - ‘onbeschaafd’  Nederlands - moeten krijgen en betekenis aan beschaafd Nederlands moeten leren geven. Leren zij dit niet, dan zullen de leerlingen het belang van het spreken in beschaafd Nederlands niet (h)erkennen.
Het Erasmus College biedt op
www.erasmuscollege.nl/vakken/ne/webkwestie een leuke opdracht voor leerlingen die hen bewust maakt van de verschillende soorten jongerentaal die er in hun omgeving / Nederland bestaan. Vanuit deze opdracht kunnen de leerlingen inzicht in hun idiolect ontwikkelen om vervolgens tot verbeterpunten te komen.


4. TiO-programma Schrijven
Het TiO-programma is een web-based programma voor schriftelijke taalvaardigheid. Via dit programma leren leerlingen hun eigen teksten te schrijven door gebruik te maken van specifieke schrijfgereedschappen. Aan de hand van deze gereedschappen ontwikkelen de leerlingen een reflectieve houding. Daarbij biedt het programma ‘materiaal op maat’: voor zowel zwakkere als sterkere leerlingen is er nauwsluitende leerstof te vinden.
In deze methode neemt ‘zelfstandig leren’ een belangrijke plaats in. Daarmee sluit TiO naadloos aan bij de huidige onderwijs praktijk. Voor docenten die het belangrijk vinden om te differentiëren en die zich goed kunnen vinden in de visie van het zelfstandig leren is TiO een zeer bruikbaar lesinstrument!  


5. Nieuwsbegrip
Met het programma Nieuwsbegrip leren de leerlingen begrijpend lezen aan de hand van het laatste nieuws. Het programma bevordert dus niet alleen de vaardigheid in begrijpend lezen (en daarmee in het Nederlands), maar draagt ook bij aan de ontwikkeling van de kennis van de wereld van leerlingen.  In mijn eigen onderwijs werk ik ook met dit programma en mijn ervaringen zijn zeer positief. De leerlingen zijn altijd dolenthousiast wanneer het weer tijd is voor Nieuwsbegrip. De actualiteit van de leerstof werkt zeer motiverend. Om vele redenen een zeer geschikte methode voor het voortgezet onderwijs dus!

Eigen suggestie
Ten slotte heb ik zelf nog een suggestie: laat de leerlingen een educatieve website maken via de websitemaker van Kennisnet. In mijn eerstejaarsstage heb ik de leerlingen een educatieve website laten maken omtrent het onderwerp: ‘Hoe houd ik een goede presentatie’? Dat was een hartstikke leuk project waar de leerlingen enthousiast aan hebben gewerkt! Bovendien waren de uitkomsten verbluffend!!

zondag 2 oktober 2011

ICT-idee 4 & 5: LibraryThing en online boeken maken!

LibraryThing
LibraryThing is het best te omschrijven als ‘online boekenkast’. Op de website van LibraryThing kun je namelijk aangeven welke boeken je zelf leuk vindt  - en die je wellicht thuis in je (tastbare) boekenkast hebt staan - en favoriete boeken van mensen met een vergelijkbare smaak opzoeken. Hierbij is het tevens mogelijk om leeservaringen uit te wisselen in de vorm van recensies. Door deze mogelijkheden kan LibraryThing je dus helpen bij het selecteren van nieuw te lezen boeken. De website beperkt zich hierbij niet alleen tot de Nederlandse taal en Nederlandse boeken; LibraryThing is beschikbaar in vele talen.

Voor het onderwijs in literatuur biedt LibraryThing mijns inziens vele mogelijkheden. Door haar internationale karakter kan LibraryThing niet alleen worden ingezet bij het schoolvak Nederlands, maar ook bij de vreemde talen. Op het gebied van Nederlands bijvoorbeeld zou LibraryThing bovenbouwleerlingen veel steun kunnen bieden bij het aanleggen van het leesdossier. LibraryThing maakt het de leerlingen namelijk mogelijk om op een eenvoudige wijze nieuwe boeken van passende smaak te selecteren en om interpretaties van verhalen te delen. Ook onderbouwleerlingen kunnen LibraryThing om dezelfde redenen gebruiken bij het maken van leesverslagen.
Ook voor docenten kan LibraryThing handig zijn. Bijvoorbeeld om actueel te blijven op het gebied van de jeugd- en adolescentenliteratuur.

Voor onderbouwleerlingen kan het wat moeilijk zijn om de website te hanteren. Ik denk dan ook dat LibraryThing het beste werkt in de bovenbouw. Aan de hand van een uitgebreide en zeer concrete rondleiding kunnen de leerlingen kennismaken met LibraryThing. Bovendien wordt stapsgewijs uitgelegd hoe gebruikers van de verschillende opties gebruik kunnen maken.

Wanneer ik in de toekomst les ga geven aan bovenbouwklassen zal ik LibraryThing zeker bij het onderdeel literatuur gaan inzetten. In de praktijk blijkt het steeds opnieuw lastig om leerlingen individueel te begeleiden bij het selecteren en interpreteren van verhalen. Bovendien kun je als docent niet op de hoogte zijn van alle boeken in en buiten het Nederlandse canon. Aan die tekortkomingen kan LibraryThing tegemoet komen. Librarything kent immers wel alle boeken en kan de smaak van zijn gebruikers gerichter aan boeken koppelen!

Online boeken maken
Via Issuu en StoryJumper kun je online boeken maken. Voor (jonge) leerlingen is vooral die laatste zeer geschikt. Wanneer je een boekje wilt maken met Issuu moet je eerst een PDF maken van het worddocument (of een ander bestand) waarvan je een boekje wilt maken. Ter voorbeeld heb ik een boekje gemaakt van mijn dossier Vakdidactiek Schrijven: klik hier. Tijdens het maken van dit voorbeeld ben ik zeer enthousiast geraakt voor het werken met Issuu. Het werkt namelijk heel makkelijk, maar het resultaat is verbluffend! Niet alleen is mijn dossier nu fijner leesbaar dan als wordbestand, maar het oogt ook veel professioneler. In de toekomst wil ik dan ook al mijn dossier in boekvorm inleveren!

In mijn curriculum zal ik in de onderbouw eerder StoryJumper inzetten dan Issuu. Veel leerlingen hebben een hekel aan creatief schrijven vanwege oorzaken als spreekangst of gebrek aan inspiratie.
StoryJumper biedt echter allerlei inspirerende plaatjes en pagina lay-outs waarmee de leerlingen een eigen verhaal kunnen maken. Bovendien is de website heel uitnodigend en makkelijk hanteerbaar. Ik zie StoryJumper echt als mogelijkheid om leerlingen over de drempel naar Creatief Schrijven heen te helpen! Voor bovenbouwleerlingen is StoryJumper mijns inziens wat kinderachtig. In de bovenbouw zal ik de leerlingen eerder een verhaal laten schrijven met word, om hier vervolgens een PDF en via Issuu een ‘online boek’ van te maken. Mentoren van bovenbouwleerlingen zouden Issuu ook kunnen introduceren tijdens mentorles of ‘leren leren’ als mogelijkheid om werkstukken in te leveren.

Handige sites voor het schoolvak Nederlands
Ten slotte wil ik jullie voor vandaag nog even wijzen op een aantal sites die handig zijn voor docenten Nederlands. Van deze sites maakte ik zelf al actief gebruik voordat ze deze week ter sprake kwamen bij de module Vakdidactiek: ICT bij het Nederlands. Het betreft:

-
www.cambiumned.nl
Hier kun je over vrijwel alle deelaspecten van het Nederlands informatie vinden! Handig als bijvoorbeeld naslagwerk bij het uitleggen van grammatica of als verdiepingsmateriaal voor de leerlingen.

-
www.beterspellen.nl
Wanneer leerlingen zich op deze site aanmelden krijgen zij iedere dag een spellingstest in hun mailbox. Een enorme bijdrage aan de verbetering van de taalvaardigheid van leerlingen!